Kris en Inse in Senegal

In het kader van de postgraduaatopleiding “Internationaal sociaal werken in mondiale context” vertrekken wij op 1 oktober 2006 naar Senegal. Wij zullen er gedurende 6 maanden werken en leven in een Frans-Senegalees project in Mbour.

zaterdag, februari 10, 2007

Met de jeep door het oerwoud!

Eindelijk weer eens berichtje van ons op de site. Onze excuses voor het wachten, maar we waren het schrijven eventjes beu. De uitvlucht dat er geen elektriciteit was is na twee weken niet meer bruikbaar, want dat is zelfs hier in Senegal niet meer mogelijk. We zullen dit proberen goed te maken met een verslagje over onze tocht door Senegal, naar het Nationale Park van Niokolo Koba.

Ons laatste avontuur begon vorige week zaterdag om 6.00u in de morgen. We gingen een weekje op uitstap met de jongeren van Vivre Ensemble. Met een 50 man trokken we in vijf 4x4’s richting Tambacounda,
een reis van 500 kilometer. De weg naar het binnenland van Senegal liet ons mooie natuur, woestijn en primitieve Senegalese dorpjes zien. Dit was een deel van Senegal dat we zeker niet wilden missen. Bij het zien van deze dorpjes waren we dan ook echt blij dat we in M’bour terecht zijn gekomen, want deze mensen hebben werkelijk niets.

Na een tiental uurtjes rijden, zonder al te veel problemen, kwamen we aan in Tambacounda, het warmste stadje van Senegal, wat wij zoals de meeste toeristen als tussenstop bezochten. Als echte Belgen werden er direct aan het werk gezet om frieten te snijden voor 50 personen. Rond 10 uur werd onze maaltijd geserveerd, waarna we met een volle maag ons bed in gingen (als je te vroeg eet heb je volgens de Senegalezen ‘s nachts honger), om ‘s morgens vroeg te vertrekken richting Kédougou, een stadje dicht bij Guinée.

Ook de tweede dag van onze reis zaten we de hele dag in onze jeep. Weeral konden we genieten van de mooie natuur die dit keer een groener tintje had. Onderweg kochten we Gilbert, een schaap in een zak. Aangezien we de brousse in trokken, wilden de Senegalezen er zeker van zijn dat we vers vlees hadden. Gilbert werd ‘s anderendaags geslacht en voorzag ons de volgende drie dagen van lekker vlees. Dit opeten kan je wel grenzen verleggen noemen.
Toen we aankwamen op onze slaapplaats installeerde iedereen zich op zijn matje op de grond. Aangezien er maar één douche was voor iedereen, besloten wij om een emmer water te vullen en ons, verscholen achter het gebouw te douchen op z’n Senegalees.









Maandag trokken we richting ‘la cascade’ (de
waterval), het doel van ons verblijf in dit kleine stadje op het einde van de wereld. Na een hele mooie wandeling hebben we gezwommen in het ijskoude water van deze adembenemend mooie waterval. Voor het eerst sinds lange tijd zagen ook wij het water uit de lucht vallen.






































































Na drie dagen onderweg te zijn, en veel te zien,vertrokken we eindelijk richting het grootste dierenreservaat van Senegal: het nationale park Niokolo Koba. We hebben geslapen in een gebouwtje in het park zelf, waar de apen voor onze deur sprongen. We voelden ons temidden van de natuur, maar tegelijkertijd heel ver weg van de bewoonde wereld. Onze activiteiten in het park bestonden uit een safari door het park op zoek naar dieren en uit zwemmen in de rivieren van een buitengewoon mooie omgeving.






































Dit alles gaf niet alleen ons, maar ook de jongeren een gevoel van rust. Helaas stond het geluk deze dagen niet aan onze zijde, en hebben we geen leeuwen, olifanten of nijlpaarden gezien.






























Al bij al hebben we een geweldige week achter de rug. Een reis zoals deze was een fijne manier om de jongeren op een andere manier te leren kennen. Een aangename vakantiesfeer zorgde ervoor dat zowel zij als wij meer open waren. Dit zorgde ervoor dat we op het einde van de week een goed gevoel hadden, omdat het niet altijd even gemakkelijk is om echt contact te krijgen met de jongeren. Toch begonnen na enkele dagen de frustraties en irritaties de kop op te steken. We wisten al eerder dat de manier waarop de Senegalese opvoeders met de jongeren omgaan in onze ogen niet altijd de juiste is, maar op deze reis werden de verschillen uitvergroot. Zo willen de opvoeders steeds zelf het hoogste woord voeren, roepen ze tegen de jongeren, bevelen ze veel, zijn ze niet consequent en drijven ze jongeren tot het uiterste. Dit waren dingen waar we het deze week echt moeilijk mee hadden. Er werd ook niet naar ons geluisterd als wij voorstelden om het op een andere manier aan te pakken. De opvoeders gaan vaak onberedeneerd te werk. Zij hebben dan ook maar een opleiding van enkele dagen achter de rug. Voor de omgang met jongere met zulke complexe problematieken is dit volgens ons niet voldoende. We weten dan ook niet of deze problemen enkel aan het cultuurverschil te wijten zijn. Toch blijven we er van overtuigd dat jongeren tijdelijk uit hun context halen en laten meedraaien in een andere cultuur ook zijn vruchten zal afwerpen.

Nog helemaal in safaristemming en met pijn aan onze kont groeten we jullie!

Graise ak Inser